Misschien ken je Slaaapie al maar misschien ook niet. Slaaapie is een klein aapje met een groot hoofd dat ik in de jungle heb ontmoet.
Ik was op vakantie in een ver land waar altijd de zon schijnt. Daar besloot ik met een gezelschap een tocht te maken naar de jungle. Ik hoopte stiekem dat ik daar wilde dieren zou gaan zien, zoals tijgers of krokodillen. Maar dat liep iets anders. Toch ben ik erg blij dat het uiteindelijk zo gelopen is.
We vertrokken vroeg in de ochtend met een grote bus naar de jungle. De reis leek wel urenlang te duren. We hobbelde over een zandweg met hier en daar diepe kuilen.
Steeds meer zag ik het groen van de bijzondere bomen en planten uit de jungle dichterbij komen.
De bus verminderde vaart tot hij stopte. De bus kon niet verder rijden want de weg werd alleen maar slechter. Het hele gezelschap moest eruit. We zouden te voet verder gaan.
Ik stapte de bus uit en voelde de warme zon in mijn gezicht. Heerlijk. Dit zou een bijzondere trip worden. Ik keek om mij heen en de verscheidenheid aan bomen en planten was fantastisch te noemen.
Wat mij ook verbaasde waren de bijzondere geluiden die ik hoorde. Geluiden van dieren die ik niet uit de bossen van thuis herkende. Ik liep wat rond en zonder dat ik het in de gaten had liep ik dieper en dieper de jungle in.
Af en toe pakte ik met mijn handen bladeren van struiken vast die ik tegenkwam. Sommige bladeren waren zo groot als ikzelf. Boven mijn hoofd vlogen tropische vogels zoals papagaaien.
Overal waar ik keek zag ik iets nieuws. Net toen ik mij begon af te vragen waar ik eigenlijk was viel er iets tegen mijn hoofd. Ik keek naar de grond en zag een bananenschil.
Dat is gek, dacht ik. Ik keek om mij heen opzoek naar een boom met bananen maar ik kon niet zo'n boom ontdekken.
Juist toen ik verder willde gaan kreeg ik weer een bananenschil tegen mijn hoofd.
‘Wel verdorie’! En ergens hoog in de boom hoorde ik zacht gelach. Ineens zag ik waar de lach vandaan kwam. Ik liep naar de boom en zag daar een ondeugend aapje.
Het aapje zag er schattig uit. Het aapje slingerde van boom naar boom. Ik besloot deze deugniet te volgen. Ik moest mijn best doen om het aapje bij te houden. Aapjes zijn vliegensvlug.
Ik liep tussen de bomen en struiken door en deed mijn best om niet te struikelen. En ondertussen hield ik het aapje goed in de gaten. Mijn achtervolging bracht mij naar een open plek.
Het geheim van Slaaapie
Hier stonden geen grote bomen maar wel struiken en rotsen. Ik geloofde mijn ogen niet, want wat ik zag waren wel 50 aapjes. En al die aapjes leken op elkaar.
Overal waar ik keek zag ik aapjes. Aapjes die in de bomen klommen, aapjes die van de ene tak naar de andere zwaaiden, aapjes die met elkaar stoeiden of elkaar achterna zaten en er waren aapjes die banaantjes zaten te eten.
De aapjes waren niet alleen erg druk maar maakten ook een hoop lawaai. Toen ik dat zo allemaal aan het bekijken was zag ik ineens tussen al die drukke aapjes hét aapje zitten dat de bananenschil had gegooid.
Het aapje zat tussen al die drukke aapjes stil én met zijn ogen dicht. Ik dacht dat het aapje aan het slapen was. Maar het aapje sliep niet. Het aapje was aan het luisteren. Het aapje luisterde naar alle geluiden om hem heen.
Het aapje liet zich niet afleiden door alles wat er om hem heen gebeurde. Hij koos ervoor om alleen te reageren als dat echt nodig was. Dit aapje was Slaaapie.
En Slaaapie had iets bijzonders ontdekt. Hij had ontdekt dat je niet overal op hoeft te reageren.
Niet op geluid, niet op gedachten en dat het heel fijn kan zijn om gewoon even stil te zitten om alleen maar te luisteren.
Soms kan het heel druk in je hoofd zijn. Druk met dingen waar je aan denkt of dingen die je nog moet doen zoals huiswerk. Je hebt het gevoel nog van alles te moeten.
De gedachten die je hebt lijken wel op die drukke aapjes. Het kan dan heel fijn zijn om die drukte in je hoofd even te stoppen.
Door je aandacht naar iets anders te brengen bijvoorbeeld naar wat je allemaal hoort zorgt voor rust in je hoofd. Je bent dan niet meer bezig met de dingen in je hoofd.
Ik ging het ook proberen
Ik vond het knap van Slaaapie dat hij midden in die drukte van al die andere aapjes zo stil kon zitten. Slaaapie keek mij plotseling glimlachend aan. Binnen een paar sprongen was hij bij mij en pakte mijn hand vast.
Slaaapie zei niks maar toch begreep ik dat hij wilde dat ik ook ging zitten met mijn ogen dicht. Langzaam ging ik met gekruiste benen zitten en legde mijn handen op mijn schoot.
Ik sloot mijn ogen en wachten op wat er ging gebeuren. Maar eigenlijk gebeurde er niks. Ik kon mij eerst niet concentreren. Er gebeurde van alles om mij heen. Ik hoorde het enorme lawaai van die aapjes in de jungle.
Ik moest mijn best doen om niet door de spleetjes van mijn ogen te kijken.
Het was best gek want na een tijdje zag ik een plaatje van de geluiden in mijn hoofd. Ik hoefde mijn ogen niet eens open te doen.
Ook kon ik steeds meer geluiden horen. Ergens hoorde ik water vallen, dat moest van een waterval afkomen. Ik hoorde de wind die de bladeren liet ritselen.
Steeds als ik een geluid had gehoord ging ik met mijn aandacht naar het volgende geluid. Ik merkte dat ik helemaal niet meer bezig was met de drukke aapjes. Ik vond het best fijn om zo even met mijzelf te zitten. Jij kan dit ook proberen! Het werkt uitstekend om niet te gaan piekeren.
In de volgende oefening leer ik het je graag.